Start ] Omhoog ]

Citaten uit

Leven op de rem

Ben heeft een baan, hij heeft vrienden en hij is pedofiel. Samen met een vriendin vertelt hij hoe het is om zijn geaardheid niet te kunnen beleven.

Kim Bos; NRC 15 juni 2016

Ze zaten met z’n tweeën aan de bar toen de collega de vraag aan hem stelde. „Wat is er nou met jou, waarom heb jij nog steeds geen vrouw?”

Daar zat hij, met een beschonken kop zijn geheim te bewaren. „Gaat je niets aan”, zei Ben daarom maar. En: „Ik kan je één ding vertellen, het is niet zo dat ik ben overgebleven. Het is een bewuste keuze.” Mensen vragen bijna nooit door als je een antwoord weigert of vaag blijft, heeft Ben in de loop der jaren geleerd.

Ben is 49. [... ...] 

Ben heeft ook wel eens geantwoord dat hij aseksueel is. „Gewoon wat minder behoefte dan de meeste mensen.” [...] 

Na zijn pubertijd groeide de leeftijd van de jongens waar hij op viel niet met hem mee. Op zijn zestiende wist hij het zeker: deze voorkeur gaat niet veranderen. Ben valt uitsluitend op jongens tussen de elf en zestien jaar [...] 

Ben Kirssen is zijn pseudoniem, die naam gebruikt hij op Twitter, tijdens besloten lezingen en op www.pedofilie.nl , een informatie- en discussieplatform, waarvoor hij blogs schrijft.

Ben is ook activist, hij strijdt voor pedofiele emancipatie. Het doel van zijn activisme is het bespreekbaar maken van pedofilie, niet het legaliseren van seks met minderjarigen, zoals Vereniging Martijn nastreefde. Ben zal nooit met een kind naar bed gaan, zegt hij. Een pedofiel, vindt Ben, moet niet worden gezien als een potentiële dader, maar als iemand met een geaardheid die hij nooit ten volle kan beleven.

Vriendschap met een pedofiel

Er is wel eens een moment geweest waarop Ben het zeker wist: deze jongen wil het ook met mij. „Ik kreeg de hele dag liefkozingen en zoentjes van hem.” Ben was mee op vakantie, als vriend van de familie, ze hadden gezwommen. „Hij zoende me op mijn schouder. ’s Avonds op de bank zat hij aan mijn oor en begon hij door mijn haar te strijken.” De jongen was vijftien. 

[...] 

Later die avond confronteerde Ben de jongen met zijn gedrag. „Ik krijg signalen van je. Wat zou je willen?” Helemaal niets, bleek. „Hij toonde gewoon affectie, terwijl ik dacht dat hij iets romantisch wilde.” Dat is tien jaar geleden. Het was een eyeopener. Gevoelens kunnen een heldere blik vertroebelen. „Leven met de rem erop. Zo gaat het al dertig jaar.”

[...]

Een goede vriendin van Ben komt binnen. We noemen haar V., zij wil niet dat haar naam bekend wordt. We hebben haar uitgenodigd zodat ze kan vertellen hoe Bens seksuele voorkeur hun vriendschap heeft gevormd. [...] 

Wanneer heeft Ben verteld dat hij pedofiel is?

[...] „Het is twintig jaar geleden, ik woonde tijdelijk bij hem want ik had een relatiecrisis. [... ...] Misschien was het wel prettig voor mij dat er bij hem geen vrouw in het spel was. Hij had veel tijd voor mij.”

Vlak voordat Ben het vertelde, voelde V. een soort „verijzing” in zich komen. Waarom weet ze niet, maar ze wist wat hij ging zeggen. Door het gesprek dat ze daarna hadden, werd ze gerustgesteld. „Het gevoel ontdooide weer.”

Bens geaardheid is niet vaak ter sprake gekomen in de dertig jaar dat ze vrienden zijn. V. is inmiddels getrouwd, ze heeft drie kinderen van 14, 16 en 17. 

[... ...] 

Ben: „Haar zoon heeft [het] een tijd gehad, en hij heeft het weer. Dat moet jou ook zijn opgevallen.”

V.: „Nee, deze keer niet.”

Ben: „Nou goed. Wat alle puberende jongens hebben. Dan zitten ze met hun hand in hun kruis. Jij en je man stonden in de keuken, de meiden waren boven en ik zat alleen met je zoon in de huiskamer. En die zat met zijn hand in zijn kruis en vervolgens in zijn broek. O, dan voel ik me hyperongemakkelijk. Als er nu iemand binnenkomt, zal die zich afvragen wat er aan de hand is. Toen ben ik opgestaan en naar de keuken gelopen.”

V. haalt haar schouders op. „De gedachte is dat pedofielen zich niet kunnen beheersen, ik geloof dat Ben dat wel kan. Als er door ons huis iets met borsten loopt, springt mijn man er ook niet meteen bovenop.”

Soms maken ze een grapje over Bens geaardheid.

[...] 

Ben is bij ongeveer dertig vrienden, kennissen en familie uit de kast gekomen. Niemand heeft hem de rug toegekeerd. Tenminste: sommigen ziet hij niet meer, maar dat ligt volgens Ben vooral aan het verstrijken van de tijd.

Boze mensen

Ben constateert dat het denken over pedofilie verandert. „Aan de ene kant zijn grote groepen boze mensen de afgelopen jaren de straat op gegaan tegen de komst van een pedofiel in hun wijk. Niet waar de macht zit, voor het stadhuis, maar bij iemand voor de deur.” Dat is beangstigend, vindt Ben. „Tegelijkertijd zie ik, zeker bij professionele instanties, de bereidheid om genuanceerder naar pedofilie te kijken.”

Het stoort Ben enorm als mensen het woord ‘pedofiel’ gebruiken, terwijl ze ‘kindermisbruiker’ bedoelen. 

[... ... ...] 

Volgens onderzoek van De Nationaal Rapporteur Mensenhandel en Seksueel Geweld tegen Kinderen, dat rapporteert aan de regering, is tachtig procent van de veroordeelde kindermisbruikers géén pedofiel.

[...] 

Een kindermisbruiker kan in de gevangenis belanden en daarna therapie krijgen. Heeft een pedofiel hulp nodig?

„Dat ligt volgens mij aan de persoon zelf. Ik ben zelf niet in therapie geweest, maar ik heb wel veel behoefte gehad aan contact met andere pedofielen. Op Pedofilie.nl kom ik veel in contact met pedofielen tussen de 16 en de 25 en bij hen zie ik ook de behoefte om gevoelens te delen. Het is geen gemakkelijke geaardheid. Je moet leren omgaan met de haat in de maatschappij.” 

[...] 

Ben klapt zijn laptop open. „Ik ga je laten zien waarom dit mij zo emotioneel maakt.” Het is stil aan tafel terwijl Ben zoekt. Hij kan het niet vinden. „Het is een tweet van een jonge student. 21 jaar. Pedofiel. Die vroeg om euthanasie.”

Heb jij het ook zo gevoeld?

„Ja absoluut, ik herken zijn pijn, hoewel ik zelf nooit een doodswens heb gehad.”

V: „Omdat de maatschappij je uitkotst?”

Ben: „Waar ik moeite mee heb, is dat je ontzettend je best doet om er iets van te maken, maar niemand die het ziet. [...] ”

Zijn ouders weten het

[...]  V.: „Het zal je kind maar zijn dat hier zijn hele leven mee rondsjouwt. Je gunt je kind een luchtig leven.” 

Bens ouders weten van zijn geaardheid, en ze hebben een normaal contact.

[...] 

Een dag later stuurt Ben nog een e-mail om uit te leggen waarom hij emotioneel werd toen hij dacht aan de tweet van de jonge pedofiel die zelfdoding overweegt. Hij schrijft over het „pijnlijke pad” dat hij heeft moeten bewandelen om te begrijpen dat hij in de praktijk niets kan doen met zijn seksuele fantasieën. „Je leeft met de vrees van sociale uitstoting door vrienden en familie als zij achter je geaardheid komen. Dat kan een allesoverheersende en verlammende angst zijn.”

„Ik ben zeker niet eenzaam. Ik voel mij veelal gelukkig en niet in de laatste plaats omdat ik mijn pedofiel zijn voor een deel kan uiten. Een paar jongens komen hier wel eens over de vloer. Ik uit mij door met hen te praten, te spelen, huiswerk te maken, te sporten of te koken. Alleen niet in seks. Het leven van een pedofiel kan zinvol en fijn zijn. Maar makkelijk is het zelden.”

Start ] Omhoog ]